Risico’s

Een groot risico bij het geheel uitschakelen van een lift is de beschadiging van de frequentieregeling. Wanneer dit niet op een gecontroleerde manier wordt uitgevoerd, kan het uitschakelen van een lift in bedrijf een piekspanning veroorzaken, waardoor er beschadigingen kunnen plaatsvinden. Deze schade kan ervoor zorgen dat de frequentieregeling moet worden vervangen.

Een andere besparingsmogelijkheid is het uitzetten van de kooiverlichting. Hierdoor wordt de batterij van de noodverlichting echter niet meer opgeladen, met als risico dat deze vervangen moet word.

Welke besparingsmaatregelen dan wel?

Het is dus af te raden om liftinstallaties volledig uit te zetten, omdat het risico op schade aan de installaties aanwezig is. De kosten om deze schade te herstellen staan in geen verhouding tot de eventuele besparingen die men zou kunnen behalen. Het is wel mogelijk om de installaties in de spaarstand te zetten. Bij de installaties van Kone, Schindler, Otis, Thyssen en Mitsubishi is deze optie standaard in hun installaties ingebouwd. Normaliter wordt deze spaarstand ingesteld bij de installatie van de lift, hetgeen betekent dat bij lange stilstand het kooilicht uitgaat en de besturing op stand-by wordt gezet. Het energieverbruik in de stand-by stand is, afhankelijk van de installatie, tussen de 60 en 80 W, hetgeen erg weinig is. Het opladen van alle batterijen gaat in deze stand gewoon door en de kans op beschadiging van de installatie, door lange stilstand, is zeer beperkt.

Hoewel de meeste recente installaties deze spaarstand hebben, is het toch verstandig om dit te controleren. Bij sommige installaties kan de spaarstand zijn uitgezet. Vraag altijd aan het onderhoudsbedrijf om te controleren of de installatie een spaarstand heeft en of deze is ingeschakeld. Door de drukknoppen in de hal uit te zetten, worden de installaties niet opgeroepen en kunnen de liftinstallaties niet worden gebruikt.

Advies

Het is onverstandig om de liftinstallaties uit te zetten, de frequentieregeling kan beschadigd raken en batterijen in het systeem worden niet opgeladen. Zorg dat de installaties in de spaarstand staan zodat het energieverbruik minimaal is.